::

beschrijfsels en gedachtenwier
ook al interesseert het je geen zier
toch lees je het hier

donderdag 15 november 2012

Afscheid

Vandaag voel ik mij een beetje als Gregor Samsa. Een beetje maar, hoor. Niet te veel. Mijn gedaanteverwisseling blijft tot nu toe beperkt, maar toch ben ik wakker geworden als iemand anders. Niet als een insect of een okapi of een stofzuigerzak. Mijn metamorfose is misschien net iets indrukwekkender dan dat. Ik werd vanmorgen wakker met een perfect schaalmodel van het Himalaya gebergte op mijn voorhoofd. Dat is op zich al behoorlijk belangwekkend, maar het gaat nog verder. Ik voel me ook gewoon helemaal anders. Niet als herboren of zo (dat lijkt me een cliché),  maar toch beduidend anders. Die plotse topografische verandering van mijn voorhoofd heeft iets teweeggebracht. Natuurlijk kon ik eerst niet goed plaatsen wat mij overkwam en dat komt deels door mijn gebrekkige kennis van de aardrijkskunde. Het heeft me heel wat tijd gekost vooraleer ik het gebergte op mijn voorhoofd kon plaatsen. Ik dacht eerst dat het een gedeelte van de Andes betrof, maar snel opzoekwerk leerde me dat het hier enkel om de Himalaya kon gaan. Ik zag duidelijk de vier hoogtezones. Ik zag de noordelijke Transhimalaya en, nog noordelijker, het begin van het Tibetaans hoogland. Van west naar oost kon ik duidelijk de hoogste zone van de Himalaya, met haar achtduizenders, herkennen. Pal in het midden bevonden zich Annapurna, Lhotse, Cho Oyu en natuurlijk Mount Everest. Ten zuiden van die achtduizenders zag ik de contouren van de Kasjmirvallei en de Kathmanduvallei helder afgetekend boven mijn rechterwenkbrauw. Met mijn atlas in de hand en mijn spiegel goed verlicht en mijn froefroe onder een diadeem, was ik in staat het geografisch verschijnsel op mijn aangezicht te duiden. En nu ik weet wat voor gebergte zich daar gevormd heeft, voel ik me lichter. Alsof alles op zijn plaats valt. Alsof het allemaal wel steek houdt nu. Alsof ik plots weet waarheen. Mocht ik het niet protserig vinden, ik zou van een openbaring durven spreken. Maar ik wil niet pronken met mijn moment van inzicht, dus doe ik dat maar niet. Het verbaast mij eigenlijk niet dat ik nu weet wat mij te doen staat. Het lijkt vanzelfsprekend of logisch. (Hoewel, echt logisch kan het natuurlijk nooit zijn, plots wakker worden met een gebergte op je voorhoofd.) Enkele minuten geleden heb ik me dan ook een enkeltje richting Kathmandu geboekt. Ik voel diep vanbinnen dat het beklimmen van de Himalaya mijn roeping is. Mijn hoogtevrees, gebrek aan uithoudingsvermogen, fysieke fletsheid en het ontbreken van klimervaring zijn obstakels die ik weldra denk te overwinnen. Het moet wel. Je kan immers niet ontkomen aan het lot. (Halsstarrig proberen het fatum te slim af te zijn, getuigt enkel van hubris. En vraag maar aan Oedipus, die hubris, daar komt niets goeds van.) Dit bericht is dan ook een beetje mijn afscheidsbrief. Maar zoals dat in het liedje gaat, is dit geen vaarwel, vrienden. Wij zien elkander weer. Maar of dat is zodra de lente komt 't land, kan ik niet met zekerheid zeggen. Het ga jullie goed.

donderdag 26 juli 2012

Moment

Vlasmarkt, Gent
24/07/12
08u43

Ze zit op haar poep op een trapje.

Ellebogen op haar knieën
handen voor haar gezicht
schouders schokken zachtjes
bij iedere snik
weent ze tranen
van vier zomers oud.

maandag 7 mei 2012

Een rijmpje

Op een dag verveelde ik me dood
ik dacht aan 't leven, dansen en bruin brood
Ik dacht ook aan jou en dat vond ik maar niets
Daarom schreef ik een rijmpje en reed wat op m'n fiets


dinsdag 24 april 2012

De tragiek van het kleine lepeltje

Het begon toen ze cornflakes moest eten met een klein lepeltje. Daar houdt ze niet zo van, van dat kleine lepeltje. Dat vindt ze te veel werk. Met een grote lepel gaat alles veel vlotter. Niet dat ze een opschepper wil zijn en al te grote happen tegelijk wil nemen, maar met dat kleine lepeltje voelt het zo delicaat. Zo voorzichtig. Kleine lepeltjes vindt ze iets voor desserts. Voor subtiele, kleine hapjes. Voor korte nipjes en snelle slurpjes. Om te proeven en van te genieten. En natuurlijk ook voor kleine kindjes, want zij hebben maar kleine mondjes. Nee, zo'n soeplepel, daar kan je pas mee eten. Hup, schep, hap en kauwen maar. Zo heeft ze het graag. Met een theelepel cornflakes eten, dat is een beetje valse bescheidenheid. En je voelt je ook zo'n bedotter met je kleine lepeltje in je hand, terwijl je van die miniatuurhapjes naar binnen speelt. Zo'n theelepeltje in zo'n groot hand, dat ziet er echt niet uit. Het is ook niet toevallig dat een soeplepel ook wel een eetlepel genoemd wordt. En zo'n klein lepeltje niet, dat noemen we theelepel of koffielepel. Niet cornflakeslepel. Want daar dienen die kleine lepeltjes ook niet voor, die dienen enkel om te roeren in je koffie. Met een eetlepel kan je zelfs niet roeren in koffie, dat is gewoon protserig. (En vermoedelijk ook klotserig. En dat is nergens goed voor.) Met een eetlepel weet je waar je aan toe bent en wat er van je verwacht wordt. Eten, jij daar! Kom, schep op die flakes! Zo'n hands-on mentaliteit kan je niet verwachten van iemand die cornflakes eet met een theelepeltje. Nee, zo iemand heeft z'n tijd nodig. Drie flakesjes per keer, dat vinden ze best, dat theelepeltjesvolk. Dan zitten ze daar, macrobiotisch herkauwend voor zich uit te staren. Bah, dat is niets voor haar. Daar wordt ze ontzettend nerveus van. Zij laat al eens haar tanden zien en hapt stevig door. Muizenhapjes daar krijg je ook gewoon kaakkramp van. En die kaakkramp daar heeft ze ook nu last van. Haar hele onderkaak is zo verkrampt dat ze al de hele dag niet kan lachen. En dat vindt ze jammer, want er zijn vast een hele hoop medemensen die haar daardoor vandaag maar een beetje een zuurpruim zullen vinden. "Heb je dat mens gezien? Die kan precies echt niet lachen!" Ze hoort ze het zo al fluisteren. Zomaar genomineerd als eersteklas zuurpruim. En dat allemaal omdat ze cornflakes moest eten met een klein lepeltje! Terwijl ze dat zo overpeinst, overvalt haar de tragiek van dat alles. Hoeveel zuurpruimen zijn er wel niet onterecht bestempeld als zuurpruim enkel en alleen omdat ze kaakkramp hadden van het ongewenst cornflakes eten met een klein lepeltje?! Ah, hoe triestig! En op dat moment beslist ze haar leven te beteren. Vanaf nu zal ze zuurpruimen het voordeel van de twijfel geven. En een reservesoeplepel bewaren in haar handtas, dat ook.

maandag 19 maart 2012

De man die altijd kwaad was

Hij kan er zelf eigenlijk niet aan doen, en hij denkt dat hij al altijd zo geweest is. Hij kan zich alleszins niet herinneren ooit eens niet kwaad te zijn. Hij kan zich ook niet eens voorstellen hoe dat zou zijn, zo niet kwaad zijn. Nee, hij wordt iedere dag wakker met een hele hoop woede in zijn lijf. Regenweer of zonneschijn, het kan hem allemaal geen hol schelen. Iedere dag is hij boos. Boos op zichzelf en op de mensen. Op de wereld. Op iedereen, en tegelijkertijd op niemand. Boos om glimlachende dames in de trein. Boos om fronsende mannen op de fiets. Het is niet dat hij niet vrolijk kan zijn, maar hij wordt er gewoon zo verdomde kwaad van. Op den duur merkt hij het niet meer, dat hij steeds weer vertoornd de deur uit gaat. Zelfs 's avonds alleen in zijn bed is hij woest. En niets kan hem soelaas brengen. Hij heeft het al geprobeerd, natuurlijk. Opstaan en een vrolijk wijsje fluiten, versgeperst sinaasappelsap drinken, vroeg gaan slapen, de krant niet meer lezen, glimlachen tot zijn kaken er pijn van doen. Het helpt allemaal geen zier. En eerlijk, hij wordt er gewoon nog nijdiger van. Veel vrienden heeft hij dan ook niet. Van al dat bevriend zijn gaat zijn bloed koken, zomaar, zonder dat ze iets verkeerd doen. Dat zorgt er natuurlijk voor dat hij eenzaam door het leven gaat. Al dat alleen zijn vindt hij eigenlijk best, al maakt het hem ook wat korzelig. Er zijn natuurlijk ook goede dagen. Dagen waarop hij gewoon wat nors is, wat nukkig of zo. Maar er zijn ook dagen waarop hij helemaal bloeddorstig is, zo van die dagen waarop alles gewoon te veel is. Dan zit hij te stomen op zijn vaste stekje in de trein. Zijn bruine, leren boekentas knelt hij stevig in zijn armen en hij staart stuurs kijkend voor zich uit. Zo zit hij daar ook deze ochtend, op weg naar zijn werk. Hoewel de meeste pendelaars al eens last hebben van een ochtendhumeur, verbleekt hun tijdelijke chagrijn bij zijn oneindige razernij. Terwijl hij onverstoord opgaat in zijn oeverloze toorn, merkt hij niet eens dat er tegenover hem een jong meisje komt zitten. Hij ziet niet dat ze naar hem glimlacht en dan meteen verlegen haar ogen neerslaat wanneer ze merkt dat hij haar negeert. Terwijl ze haar jas uitdoet, heeft hij geen oog voor de zonnestralen die goud doen weerkaatsen in haar haren. Hij let niet op haar ranke benen in glanzend bruine panty's, werpt geen blik op haar donkerblauwe jurkje, dat nauw aansluit om haar lijfje. Hij slaat geen acht op wat andere mannen schaamteloos likkebaardend zouden omschrijven als pronte tetjes en volle heupen. Nee, hij zit daar, armen gekruist, een frons op zijn gezicht, en heeft het veel te druk met ontzettend misnoegd te zijn. Het ontgaat hem dan ook volledig dat het meisje hem al een poosje verwonderd aankijkt. Haar blauwe ogen zijn groot van verwondering, een geamuseerde glimlach op haar gezicht. Hij beseft niet dat ze zich voorzichtigjes naar voren buigt en stoutmoedig even aan haar roze lippen likt. Zijn ogen blijven donker als donderwolken en hij heeft pas in de gaten dat ze hem vol op de mond zoent, wanneer hij haar lippen op de zijne voelt. Warm en zacht, en maar heel eventjes en dan is het weer voorbij. Hij schiet wakker en ziet nog net hoe ze prompt het compartiment uit wandelt. Verwonderd kijkt hij om zich heen en voelt dat hij vanbinnen begint te gloeien. Zijn hart lijkt zich op te blazen als een ballon, zo groot en bol dat het lijkt alsof het niet meer in zijn borstkas past. Zo groot en bol zelfs, dat hij zich even niet meer kwaad lijkt te voelen. En ontsteld voelt hij een glimlach opkomen. Hij lacht. Hij weet niet wat er gebeurt. "Hè, bah, wat melig", denkt hij bij zichzelf. Plots kan hij zich maar al te goed voorstellen hoe het voelt om niet meer kwaad te zijn. Hij huivert bij al dat sentiment, terwijl hij beseft dat die zoetsappige goedzak eigenlijk al altijd diep vanbinnen zat. En misschien vindt hij dat wel prima zo.

dinsdag 21 februari 2012

maandag 13 februari 2012

Ze is nu lesbisch

Het overkomt ons allemaal wel eens. Je wandelt over straat, onbestemd aan het kuieren of net heel erg gefocust op je bestemming, hoe dan ook in gedachten verzonken, en plots kom je hem of haar tegen. De oude bekende. Een klasgenoot van in het middelbaar, iemand die nog bij je in de scouts gezeten heeft, een vriend die je uit het oog verloren bent. Zo iemand die je niet gewoon kan begroeten met een glimlach of een knik. Zelfs een 'hallo' of een 'hoi' volstaan niet. Nee, bij die oude bekende moet je even stilstaan en Het Gesprekje voeren. Dat korte uitwisselen van begroetingen en weetjes. Het Gesprekje begint steevast met een 'hoi' of een 'hey', waarop dan een 'ah, ik had je niet herkend!' kan volgen, ook al is het waarschijnlijk dat dat stiekem een leugen is. Dat doen mensen niet met opzet, ik heb er mijzelf ook al op betrapt. Dan komt het diepfilosofische en al even oprechte 'en hoe is het (nog)?', waarna je getrakteerd wordt op een 'en wat doe jij nu (nog)?'. Dat gaat telkens zo. Je hoort te vragen hoe het met de mensen gaat en wat ze aan het doen zijn. Ze zouden zo maar eens even bijzonder ongelukkig of doelloos kunnen zijn. Niet dat je daar echt iets over wil horen, natuurlijk. Daarom ben je ook maar al te blij dat het altijd 'ça va' of 'bwa, ja, goed' gaat met iedereen. Dan komt het heerlijke moment waarop je in geuren en kleuren kan vertellen wat je nu toch allemaal doet. Dat gaat meestal een beetje zo:

persoon 1: "Tgoh, ja, ik ben aan het werk."
persoon 2: "Ha, en waar dat?"
persoon 1: '"Bij een bedrijf dat ijzeren omheiningen verkoopt."
persoon 2: (ongeïnteresseerd) "Ah, allez, interessant, en wat moet je daar doen?"
persoon 1: (verveeld) "Administratieve dingen, en bestelbonnen verwerken en zo."

Wanneer je dan wat ongemakkelijk hebt moeten vertellen wat voor werk je hebt of (erger nog) net niet hebt, is het jouw beurt om te luisteren naar wat de oude bekende allemaal bezighoudt:

persoon 2: "Ik studeer nu nog iets bij. Nog een master."
persoon 1: (niet onder de indruk) "Amai, en wat doe je?"
persoon 2: "Conflict and development."
persoon 1: (heeft geen idee wat dat inhoudt) "Aha, en is 't interessant?"
persoon 2: (liegt) "Ja, 't is eigenlijk wel tof."

Wanneer je dan voldoende en oprecht geïnformeerd hebt naar het leven van de oude bekende, is het tijd om over te schakelen op oprecht informeren naar het leven van gemeenschappelijke oude bekenden. Het is immers veel interessanter om te weten hoe dat kneusje of die player uit je klas het nu stellen. Het is op dat moment dat Het Gesprekje echt fascinerend wordt, en al helemaal als het zo gaat:

persoon 1: "Ah ja, en wie zat er nog allemaal in onze klas? Floor?"
persoon 2: (enthousiast) "Ja, juist, Floor! Ik heb haar onlangs nog gezien."
persoon 1: (geboeid) "Ahja, en wat doet die nu nog?"
persoon 2: "Ze is nu lesbisch."

maandag 30 januari 2012

Vieren doe je niet alleen

Vieren doe je niet alleen. Dat hoort niet. Ook al heb je je feestneus op en dat kleine, papieren parapluutje in je cocktailfruit geprikt, dan nog is vieren is iets dat je minstens met twee moet doen. Of met drie. Of met meer dan drie en met heel veel. Of met al je vrienden. Of met iedereen van je werk. Of met de hele wereld. Dat laatste lijkt me nogal moeilijk, want er zijn in deze wereld nogal wat mensen die niets te vieren hebben. Mensen die buiten in de kou slapen, mensen die doodziek zijn, mensen die straatarm zijn, mensen die moeten vluchten uit een oorlogsgebied. Maar laat die sukkelaars vooral geen domper zijn voor de feestvreugde! Vier dan maar gewoon met al je vrienden of met de mensen van je werk! Dat is precies wat ik ook gedaan heb op gedichtendag. Want hoewel het slechts een kwestie van tijd is vooraleer gedichtendag een betaalde feestdag wordt, is dat voorlopig nog niet aan de orde en moesten we dus allemaal aan het werk op deze heuglijke dag. Om aan dit nuttige iets aangenaams te koppelen, besloot ik iedereen op te roepen om gedichtendag samen te vieren. Op het werk hebben we een systeem waarbij iedereen via mail zijn of haar whereabouts kan doorgeven. Dat lijkt heel erg op dat systeem van het WADA, maar wij hoeven (voor zover ik weet) niet in potjes te plassen. Die whereabouts worden meestal erg to the point gehouden en bevatten enkel accurate en dus ook gortdroge plaatsbepalingen. Maar, zo dacht ik bij mezelf, voor gedichtendag mag dat wel even anders. Voor gedichtendag zou het veel leuker zijn, mochten die mails op rijm zijn of een limerick bevatten of zo. En, wat blijkt, mijn warme oproep werd met enthousiasme beantwoord! Mijn hart vervulde zich met vreugde en daarom wil ik dat geluk dan ook met mijn volgelingen delen. Hieronder kan je snuisteren door de poëtische parels die rondgestuurd werden en de voorbeelden die ik zelf gaf ter inspiratie:

"Morgen,
hopelijk een dag zonder zorgen
werk ik lekker thuis
(in mijn pyjama
voor de buis)
Euh, ik bedoel
vlijtig en zonder ruis"

"Ik ben er niet
Heb geen verdriet
Ben terug rond ‘n uurtje of twee
Dan keuvelen we lekker samen
over het muurtje van de wc"

"Tomorrow I have a day off
Maybe I go working in mijnen hof"

"Leaving early today at 4
Not because I am feeling ill,
But ‘cause I have to see my dentist,
Far away in Sharp Hill*
* see Wikipedia"

"Mijn auto is kapot
De motor draait zot
ik moet hem dus laten maken
anders ga ik nooit meer op mijn werk geraken"

"Straks ga ik er gezwind vandoor
’t is dan tijd
Pas vrijdag zie je me weer

Morgen werk ik in m’n thuiskantoor
een afscheid
Maar kort, en dat doet geen zeer"

"Working at Eke today
To keep the trains away"

"
By the way,
He arrived in a k-way!"

"working at the garage for a while
the dude's looking at my car
so i'm chilling at the bar,
er, I mean, meanwhile working hard
hoping my car will start"

"Monday I will work from home
Due to an announced strike,
And being unable to come by bike."


"I will go to the doctor today
To throw my glasses away
So if I don’t see you next week
The contacts were too cheap."

donderdag 26 januari 2012

De mooiste dag van het jaar

Tarara! Ja! Het is zover! De mooiste dag van het jaar is daar. Juich, jubel, geef elkaar een hand. Gedichtendag is in het land! Zoals iedereen wel weet, is gedichtendag een bovenste beste dag. Ik laat zo'n feest van de poëzie dan ook niet ongemerkt voorbij gaan. En dat zullen mijn collega's en vrienden geweten hebben. Gedichtendag is een uitgelezen kans om allerlei hoogliteraire, edoch ludieke, acties op poten te zetten. Meer daarover later. Ondertussen kan ik de trouwe lezer al verblijden met een versje.

't is gedichtendag
ga maar overstag
ik wil dat je rijmt
dat je lijmt met woord
en letters verspoort

om met ver-zinnen
beelden te vouwen
ook al vind je poëzie
echt iets voor vrouwen

Geniet maar met volle teugen van deze prachtige dag, lieve lezers! Ik weet dat ik dat zeker zal doen en ik verwacht van jullie net hetzelfde.

donderdag 12 januari 2012

Efficiëntie: een stappenplan

Nu ik al een tijdje aan het werk ben als undercover (sssst) technical writer in een softwarebedrijf, heb ik zo het één en ander kunnen vaststellen. Het zal je misschien verbazen, maar bedrijven zijn heel erg efficiënt. Time is money en money is time en daarom moet alles optimaal verlopen. Dat is goed voor de return, of zoiets. Er hoeft geen energie verloren te gaan, alle beetjes moeite worden ten volle benut. Om op zo'n efficiënte manier te werk te gaan, heb je natuurlijk wel goede afspraken nodig. En, zoals dat spreekwoordelijk gaat, goede afspraken maken goede vrienden. (Of goede vrienden dan ook altijd goede afspraken maken, laat ik hier even in het midden.) Om die goede afspraken te maken, moet je natuurlijk wel letten op een efficiënte communicatie. Die efficiënte communicatie, daar zijn ze bij bedrijven enorm goed in. Vlot communiceren is vast één van de sterkhouders van de bedrijvigheid van bedrijven. Mijn undercoveroperatie is dan ook de perfecte gelegenheid om te ontdekken wat dat communiceren nu precies zo efficiënt maakt. Hier volgt kort wat ik al heb kunnen achterhalen:
  • Wanneer je een vraag hebt voor iemand, stuur dan steeds een mail. Ook al zit die persoon tegenover je of één eilandje verder, sta toch maar niet recht om je vraag te gaan stellen. Dat zou namelijk wel eens te direct en te opdringerig kunnen overkomen. Je zou ook meteen antwoord krijgen en dat is nergens goed voor.
  • Wanneer je een mail krijgt met een vraag, beantwoord die dan niet of slechts gedeeltelijk ook al weet je het antwoord eigenlijk wel. Veel beter is het om de vragensteller naar iemand anders door te verwijzen. Zet die tweede persoon in cc. Gouden tip: je kan de mail ook doorsturen naar een algemene mailgroep.
  • Wanneer je een mail krijgt als lid van een mailgroep, antwoord dan niet. Er staan genoeg mensen in de mailgroep, iemand anders zal wel antwoorden.
  • Wanneer je een mail krijgt met jezelf in cc, geef dan niet meteen antwoord op de vraag. Je moet immers nog minstens drie andere mensen in cc zetten. Je weet misschien niet waarom, maar neem van mij aan dat dat zo hoort.
  • Op die manier creëer je een soort groepsgesprek van mails, een verrijkende uitwisseling van gedachten. Let erop dat de originele vragensteller geen antwoord krijgt en, belangrijker nog, na een tijdje geen idee meer heeft waarover de laatste mails gaan. De vragensteller krijgt dan een hele hoop intrigerende mails en voelt zich gewaardeerd.
  • Als je dan toch echt met elkaar moet praten, plan dan een meeting. Opgelet, dit is belangrijk, zeg niet "vergadering", maar zeg: "meeting" of "even samenzitten". Het woord vergadering is zó 2001.
  • Maak geen concrete afspraken en neem geen definitieve beslissingen op meetings. Meetings zijn er gewoon om van gedachten te wisselen, zoveel mogelijk onbekende termen te gebruiken tijdens je uitleg en je eigen taken zoveel mogelijk naar anderen te schuiven.
  • Laat ook steeds iemand van de aanwezigen alles wat gezegd werd achteraf op mail zetten. Dat is voor de duidelijkheid.
  • Gouden tip: als je dan toch echt even tussendoor een vraag wil stellen zonder te mailen of een meeting te plannen, stel die dan aan tafel tijdens het middageten. Het middageten is eigenlijk een ideaal moment om even over het werk te keuvelen. Van praten over koetjes en kalfjes raak je je focus kwijt. Stel je voor dat je even niet met je werk zou bezig zijn!
Dat zijn zo mijn eerste observaties. Ik heb ze voor het gemak in tips en richtlijnen gegoten, voor wie efficiënt wil communiceren op een bedrijvige manier. Ga ermee aan de slag en ervaar meteen het verschil! Ik ben alleszins onder de indruk van al die efficiënte communicatie. Ik had nooit verwacht dat ik als infiltrant zo'n ontdekkingen zou doen. Hopelijk is dit nog maar de tip van de sluier en zijn er nog interessante aspecten van het bedrijfsleven, die ik nog niet ontdekt heb. Ik hou jullie op de hoogte!